gedichtenlaboratorium van special arts

Schrijf gedichten in 10 stappen met uitleg en handige extra's

schrijf een gedicht, zelfstandig of met begeleiding

uitleg per stap (voor docenten en begeleiders)

doensnappen

stap 5: schrappen 5 van 10

VOORBEELD
Juf Marloes heeft voor iedereen een diploma gemaakt, omdat we over mogen. Die van mij is extra groot. Ik kom na de zomer niet meer terug in deze klas. In een andere stad begin ik aan groep drie. Ik kan het diploma net vasthouden. Juf Marloes zet mij op de stoel. Iedereen klapt. De juf plakt stickers waar ze maar kan.
Buiten om de hoek rol ik het diploma op. Ik pulk de stickers van mij af. Ik haal het feesthoedje van mijn hoofd. Ik ben al groot. Alleen loop ik naar huis.

Om van een verhaal een gedicht te maken, moeten er heel wat woorden weg. Kijk maar naar het voorbeeld.
Met schrappen breng je de tekst terug tot zijn kern.

Lees je eigen tekst nog eens door.
Is alles wat jij opgeschreven hebt even belangrijk? Wat is voor jou de kern van het verhaal?
Haal de woorden weg die weg zouden kunnen.

De kern van je verhaal:

stap 5: schrappen 5 van 10

Doen:

Laat de deelnemer zijn tekst opnieuw hardop voorlezen. Bespreek welke informatie echt van belang is en welke niet. Daarbij hoort ook de vraag; waar gaat de tekst eigenlijk over, wat is precĂ­es het moment?

Waarom:

Geschreven taal is compacter dan gesproken taal. Gedichten vormen daarin een uiterste. Ieder woord heeft een betekenis. Schrappen dwingt de deelnemer tot nadenken over de woorden die hij kiest. Daarnaast moet hij inzoomen op wat belangrijk is: de beschrijving van een kort moment met veel details is interessanter dan een aantal momenten achter elkaar met weinig details. Dat vraagt om aandacht, scherp waarnemen en selecteren.
De deelnemer herleest zijn tekst grondig en streept de woorden door die minder relevant zijn. Er ontstaat overzicht en de deelnemer traint zijn gevoel voor wat wel of niet van belang is.

Voor wie bijschrijft:

Lees het gedicht voor aan de dichter. Vraag hem waar zijn tekst over gaat, wat het belangrijkste is. Zin voor zin bekijk je samen welke informatie nodig en welke overbodig is. Niet iedereen zal daar even gemakkelijk antwoord op geven. Door meer sturende vragen te stellen kun je de deelnemer begeleiden in het schrapproces. De deelnemer beslist uiteindelijk, jij reikt hem de mogelijkheden aan.